Omgaan met onzekerheid

Onzekerheid.jpg

‘Resultaten die in het verleden behaald zijn bieden geen garantie voor de toekomst’. De wereld om ons heen zit vol onzekerheid. Aan de ene kant is er het voorspelbare ritme van zonsondergang en zonsopkomst, maar aan de andere kant weten we dat de behaaglijke stabiliteit van ons leven zomaar onderbroken kan worden. Denk maar aan de ineenstorting van de huizenmarkt, of de tyfoon Haiyan in de Fillipijnen. Hoe wij in ons leven en onze keuzes omgaan met zulke onzekerheid en onvoorspelbaarheid, zegt veel over onszelf. In een recent onderzoek toonden wij onlangs aan dat ons gedrag hierin voor een deel door onze genen bepaald wordt (Neuron, 20 november 2013).

Online spelletje                                                                                                                                        

Bijna 700 deelnemers speelden online een simpel computerspelletje. Hiermee onderzochten wij hoe mensen hun keuzestrategie aanpassen op basis van beloning en straf. Spelers moesten steeds tussen twee symbolen kiezen. De keuze van symbool A leidde meestal tot een beloning, terwijl keuze van symbool B meestal tot straf leidde. Halverwege het spel keerden de regels om. Met het spel konden we meten in hoeverre mensen flexibel hun keuzes kunnen aanpassen als de regels veranderen, maar ook of ze niet steeds impulsief van keuze wisselen als de computer een keer toevallig misleidende feedback geeft.

Verschillende genen, verschillende strategieën                                                                       

Wij lieten zien dat verschillende spelers verschillende strategiën gebruikten. Die strategie hing af van hun genetisch materiaal. Van elke speler hadden we namelijk geanalyseerd welke variant ze hadden van twee specifieke verschillende genen. Deze genen zijn van invloed op de hersenstoffen dopamine en serotonine. Dopamine is van invloed is op hoe we reageren op beloningen, en speelt een belangrijke rol bij bijvoorbeeld verslaving. Serotonine is juist vaker in verband gebracht met het verwerken van straf en met depressie.

De neiging om na straf meteen van keuze te veranderen hing af van welk serotonine genvariant ze van hun ouders geërfd hebben. Spelers met de zogeheten ‘L’-variant van het serotonine-gerelateerde gen wisselden vaker van keuze dan de ‘S’-variant als ze werden gestraft. Dit was ongeacht of ze daadwerkelijk het verkeerde symbool hadden gekozen, of dat ze toevallig misleidende feedback kregen van de computer. De dopamine genvariant daarentegen beïnvloedde of mensen blijven hangen in een eerder lonende keuze. Voor mensen met de ‘9-repeat’ variant van dit gen, was het moeilijker dan voor mensen met de ’10-repeat’ variant om een eerder lonende keuze af te leren.

Al met al laat ons onderzoek zien hoe deze genen via dopamine en serotonine in ons brein subtiel kleuren hoe wij op de wereld om ons heen reageren. De unieke combinaties van onze genen leiden tot ieders eigen strategiën voor het omgaan met de onzekerheden van onze omgeving. Ook veel neuropsychiatrische stoornissen, waarbij sprake is van abnormale dopamine en/of serotonine huishouding, gaan gepaard met vormen van inflexibiliteit, denk aan verslaving, angst, of de ziekte van Parkinson. Dus naast dat deze studie ons meer vertelt over de erfelijkheid van ons keuzegedrag, draagt beter begrip van de relatie tussen hersenstoffen en gedrag in gezonde mensen uiteindelijk ook bij aan beter inzicht in deze ontwrichtende stoornissen.

 

This post was written by Hanneke den Ouden, a post doc at the Motivational and Cognitive Control lab. Here you can find a Dutch press release from the Radboud University Nijmegen about this study.